Klinische neuropsychologie is een groeiend vakgebied dat zich onder andere intensief bezighoudt met dementie. De verschillende cognitieve functies kunnen door een neuropsycholoog met behulp van tests in kaart worden gebracht. In dit boek van Scherder wordt beschreven wat bij normale veroudering past en wat bij de ziekte van Alzheimer met betrekking tot geheugen, aandacht, taal, zintuigen en pijn. Een voorbeeld: wie heeft er geen last van het TOT-( tip of the tongue) fenomeen? Je weet welk woord je wilt gebruiken, maar je kan er niet opkomen. Dit treedt vaker op bij veroudering, maar de toename is veel sterker bij mensen met de ziekte van Alzheimer. Een tweede voorbeeld betreft het geheugen. Bij veroudering gaat vooral het leren van nieuwe informatie achteruit; bij de ziekte van Alzheimer worden echter ook het semantisch geheugen (=kennis), het werkgeheugen en de aandacht minder. Het boek is bedoeld voor neuropsychologen. In de verschillende hoofdstukken worden per cognitieve functie theorieën en testresultaten weergegeven, waarbij steeds veroudering en de ziekte van Alzheimer onderscheiden worden. Elk hoofdstuk eindigt met een samenvatting en zelfs een vragenlijst. Het thema is zeer interessant en relevant en Scherder werkt het gedetailleerd uit. Voor huisartsen is het boek minder geschikt, omdat de vertaalslag naar toepassing in de algemene praktijk niet gemaakt wordt. De overeenkomsten en verschillen tussen veroudering en de ziekte van Alzheimer worden weergegeven in jargon (met name bij ‘geheugen’ en ‘taal’) en aan de hand van testresultaten. Maar wat kan een huisarts observeren aan het gedrag in de spreekkamer? Wat kan hij afleiden uit het functioneren van patiënten? Waarop moet hij letten tijdens een huisbezoek? Ook wordt het grijze gebied tussen veroudering en de ziekte van Alzheimer overgeslagen. In de praktijk worden huisartsen juist geconfronteerd met vragen als ‘Word ik dement?’. Een internationaal geaccepteerd en uitgewerkt concept is MCI: mild cognitive impairment. Dit betreft ouderen die goed functioneren, maar bij wie wel achteruitgang van het geheugen gaande is. Van hen wordt (waarschijnlijk) 50-80% dement in de volgende 5-7 jaar. 1 Scherder noemt dit begrip niet en zet voor het gemak en de duidelijkheid wit en zwart tegen elkaar af. Huisartsen hebben juist veel te maken met grijs. De auteur beschrijft een belangrijk thema en beschikt over genoeg interessant materiaal. Hij zou een apart artikel voor H&W moeten schrijven, waarin de klinisch relevante verschillen tussen veroudering en de ziekte van Alzheimer aan de orde komen, die met behulp van anamnese, heteroanamnese, observaties en eventueel eenvoudig testmateriaal vast te stellen zijn.
Literatuur
- 1.↲Consensus paper on Mild Cognitive Impairment. Brussel, UCB SA, 2000.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.