In dit zeer lezenswaardige deeltje van de annalen van het Thijmgenootschap (vereniging voor wetenschap en levensbeschouwing) wordt dementie als het schrikbeeld bij uitstek van onze cultuur beschreven. Door de waarde die we aan begrippen als autonomie en onafhankelijkheid geven, door verdringing van eindigheid en kwetsbaarheid komen we tot uitspraken als ‘liever dood dan dement’. De auteurs stellen hier vele vragen bij en nemen zelf een duidelijk standpunt in. Zij spreken van een ‘gehalveerd mensbeeld’, ontstaan vanuit een selectieve kijk op menselijk leven en vanwege de impliciete idee dat het leven maakbaar is. Zij buigen zich over vragen als wat iemand tot persoon maakt, en waaruit de waardigheid van de mens bestaat. In dit verband gebruiken zij het onderscheid tussen decorum en honor: iemand kan zijn decorum (lees uiterlijke waardigheid) verliezen, maar zijn honor (intrinsieke waardigheid als mens) nooit. Deze wijsgerige reflecties gaan over in een ethische bezinning op het handelen, het moreel juiste leven en samenleven met demente mensen. De auteurs zetten vraagtekens bij de huidige verdeling van zorg. Ten slotte geven zij een gelovige bezinning op de problematiek en handreikingen voor pastoraat. In dit boek wordt zorgvuldig omgegaan met uiteenlopende opvattingen. Er wordt een ethisch standpunt ingenomen, maar pas nadat vele kanten zijn belicht en gewogen. Het is een goed leesbaar boek, met een heldere opbouw en indeling. Het draagt waardevolle elementen aan voor de huidige discussie rond wilsbeschikkingen en actieve levensbeëindiging bij wilsonbekwamen. Maar bovenal houdt het ons een spiegel voor over onze idealen en mensbeelden: wij leven in een cultuur die met eindigheid, afhankelijkheid en verlies van autonomie niet uit de voeten kan, doordat wij vitaliteit, gezondheid, autonomie en onafhankelijkheid zo centraal stellen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.