Na het leerboek Seksuologie voor de arts uit 1987, en het Leerboek Seksuologie uit 1998 – beide samengesteld door dezelfde redactie –, heeft dit boek een geheel vernieuwde redactie. De redactie heeft samen met nog 26 auteurs het interdisciplinaire karakter van de seksuologie – psychologie, sociologie, geneeskunde en biologie – tot uiting proberen te brengen. Naast nieuwe resultaten van het psychofysiologisch en cognitief neurowetenschappelijk onderzoek liggen verbreding en actualisatie van het onderwerp aan de uitgave ten grondslag. Het boek besteedt meer aandacht aan genderverschillen (onder andere het verschil in reactie op medicatie) en aan cross-culturele aspecten, die met name ook van belang zijn voor het hulpverleningsaanbod. Het is opgebouwd uit een zestal modules: seksuologie, seksualiteit, voorlichting en preventie, hulpverlening bij seksuele disfuncties, specifieke groepen en bijzondere aandachtsvelden. Sommige modules overlappen elkaar deels. Het boek is in eerste instantie bedoeld voor de opleiding, maar wil ook een naslagwerk voor professionals zijn. In deze laatste doelstelling is de redactie niet geheel geslaagd. Daarvoor verwijzen ze op cruciale punten te veel naar andere literatuur. Er zitten voor de praktiserende arts echter wel zinvolle hoofdstukken in. Zoals het hoofdstuk waarin de auteurs denkkaders aangeven en laten zien hoe men het wetenschappelijk onderzoek op het terrein van de seksuologie kritisch kan beoordelen. Ook de uitleg van de verschillende onderzoeksmethodes met hun diverse valkuilen en interpretatieproblemen is zinnig. Het boek kan de kennis van de huisarts opfrissen en geeft duidelijk aan waar nader wetenschappelijk onderzoek nodig is. De pendelbeweging – die we op zo veel terreinen zien in onze maatschappij – uit zich in de seksuologie door een verschuiving van de meer sociale dimensies in het onderzoek naar de biologische en biomedische factoren. Er is sprake van een ‘farmacologisering’ van de seksuologische hulpverlening. Het keurslijf van de evidence-based medicine knelt voor de gespreks- en gedragstherapie. Het hoofdstuk over problemen met seksualiteit en intimiteit binnen relaties in de module hulpverlening ontbreekt omdat de redactie hier geen geschikte auteur voor kon vinden. Dit doet geen recht aan de traditie van de seksuologie in ons land. Het is te hopen dat de redactie erin slaagt in een volgende druk deze omissie ongedaan te maken. Dat zou het boek voor de huisarts, die veelal met een patiënt in een relationele context te maken heeft, een zinvoller aanschaf maken.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.