Nieuws

Geneesmiddelenonderzoek in de huisartsenpraktijk

Gepubliceerd
10 december 2002

Half december presenteerde de vereniging Artsen in Medisch Wetenschappelijk Onderzoek zich met een symposium. De groep deed oorspronkelijk vooral onderzoek voor AstraZeneca, maar is sinds enige tijd onafhankelijk. De 63 huisartsen willen bijdragen aan kwalitatief goed geneesmiddelenonderzoek. Alleen onderzoek dat getoetst is door de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) en medisch-ethische commissies komt in aanmerking; aan seeding trials doen ze niet mee, zo zegt de voorzitter Van Mierlo, huisarts in Roelofarendsveen. De leden van de groep stellen zich toetsbaar op en laten ook externe controles hun procedures (werving, informed consent en registraties) beoordelen. Leden van de huidige vereniging namen actief deel aan de Hypertension Optimal Treatment Study. In een voetnoot bij een artikel over dit onderzoek blijkt dat daar in 26 landen maar liefst 1904 onderzoekers aan meededen. 1 En volgens opgaaf van AstraZeneca deden de Nederlandse huisdokters ook mee aan de onlangs gepubliceerde SCOPE-study over het verband tussen hypertensie en bloeddruk: voorwaar geen kleine onderzoeken. Van Mierlo stelt dat huisartsen vooral meedoen uit belangstelling voor onderzoek en niet (alleen) voor het geld (het LHV-uurtarief is € 115). In principe zou de groep volgens hem ook mee kunnen doen aan niet-industriegebonden onderzoek. Er zijn contacten met universitaire huisartseninstituten, al zeggen die desgevraagd dat er (nog) geen formele banden zijn. Prof. van Schayck – directeur van het Maastrichtse onderzoeksinstituut ExTra -zou wel mee willen doen, als de groep ook werkelijk onafhankelijk wordt en ook aan minder goed betaald onderzoek uit zijn instituut mee zou willen werken. Hoeveel onderzoek de farmaceutische industrie nu doet via dergelijke groepen is onbekend. Bij de CCMO is maar een deel van het geneesmiddelenonderzoek bekend, en daarvan is slechts bij een heel klein deel duidelijk of er huisartsen aan meedoen. Hoeveel huisartsen meedoen aan seeding trials en ander niet-relevant onderzoek is helemaal onbekend. Hoewel goed geneesmiddelenonderzoek belangrijk is, kleeft er mogelijk toch een probleem aan deelname aan uitsluitend door de industrie betaald geneesmiddelenonderzoek. De sterke verwevenheid van farmaceutische industrie en onderzoek baart velen ernstige zorgen. Het International Committee of Medical Journal Editors deed in 2001 een voorstel om helderheid te scheppen in de relatie tussen onafhankelijke onderzoekers en industrie. Het gaat dan vooral om de onafhankelijkheid van onderzoekers bij de keuze van de onderzoeksopzet, toegang tot onderzoeksgegevens, analyses en publicaties. In 2002 bleek dat bij een grote meerderheid van de Amerikaanse universiteiten nog steeds allerbelabberdst geregeld te zijn. 2 Het is maar de vraag of dat in Nederland wel beter is. De belangen van de industrie zijn groot -daar is op zich niets mis mee. Maar die belangen beïnvloeden de presentatie van onderzoeksgegevens wel. Al eerder wezen we op het selectief presenteren van bijvoorbeeld het effect van losartan in een multicenter trial gepubliceerd in de New England Journal of Medicine. Of een betrekkelijk kleine groep Nederlandse huisartsen werkelijk onafhankelijk kan zijn, zal de tijd moet leren. De tegenkrachten lijken me eerlijk gezegd nogal sterk. (JZ)

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen