Harry werd, na een periode werkzaam te zijn geweest in Afrika, huisarts in Venlo in het gezondheidscentrum Withuis. Hij stond daarbij aan de wieg van een belangrijke innovatie in de praktijkvoering die rond 1974 gestalte kreeg in de ontwikkeling van multidisciplinaire samenwerking en gezondheidscentra. Zijn voortrekkersrol leidde in 1979 tot zijn proefschrift over deze samenwerking, dat hij – destijds ook een novum – baseerde op een serie in Huisarts en Wetenschap gepubliceerde artikelen.
Als hoogleraar huisartsgeneeskunde zette hij zich in het bijzonder in voor het studentenonderwijs en de kwaliteitsbevordering van de huisartsgeneeskundige praktijk. Hij initieerde daarbij landelijke samenwerking tussen de afdelingen huisartsgeneeskunde als voorzitter van het IOH-B, terwijl hij internationaal de totstandkoming van de European Academy of Teachers (EURACT) realiseerde. EURACT werd vervolgens het onderwijsnetwerk binnen WONCA Europe. Hij was daarmee in 2004 architect van het WONCA uitwisselingsprogramma voor jonge huisartsen, het latere Vasco da Gama movement. Ook hiermee toonde Harry zich een pleitbezorger van de academische emancipatie van de huisarts en inspirator van jonge collegae.
Intussen bleef, ook na zijn emeritaat, de Afrikaanse gezondheidszorg hem bezighouden. Hij was vanaf het begin betrokken bij de tropengeneeskundewerkgroep voor huisartsen WHIG. Harry was lid van de Gezondheidsraad en werd voor zijn grote verdiensten benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau, en lid van verdienste van het NHG.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.