Het screenen van de patiënten op depressie is mogelijk met behulp van slechts twee vragen. Tot deze conclusie komen onderzoekers uit Nieuw-Zeeland. Zij gingen na wat de diagnostische waarde was van de vragen: ‘Hebt u de afgelopen maand last gehad van gevoelens van neerslachtigheid, depressiviteit of hopeloosheid?’ en ‘Hebt u de afgelopen maand last gehad van verlies van interesse of plezier bij het doen van bepaalde dingen?’ De onderzoekers selecteerden 476 patiënten uit 15 huisartsenpraktijken. De huisarts stelde tijdens het consult beide vragen en de patiënt vulde met behulp van een computer een diagnostische vragenlijst in. Patiënten die psychofarmaca gebruikten, werden uitgesloten. De gemiddelde leeftijd van de deelnemende patiënten was 46 jaar. De onderzoekers vergeleken de uitkomsten van de diagnostische vragenlijst met de uitkomsten van de twee vragen tijdens het consult. De sensitiviteit en specificiteit van beide vragen waren respectievelijk 97% en 67%. Deze hoge sensitiviteit gaat ten koste van een groot aantal vals-positieve resultaten. Achttien procent van de patiënten die beide vragen positief beantwoordden, had ook daadwerkelijk een depressie (positief voorspellende waarde). De negatief voorspellende waarde was zeer hoog: 99% van de patiënten die één of beide vragen negatief beantwoordden, had geen depressie. De onderzoekers tonen hiermee aan dat het met behulp van twee eenvoudige vragen tijdens een consult goed mogelijk is om te screenen op een depressie. Die zouden bij onduidelijke klachten dus geïntegreerd moeten zijn in de consultvoering van huisartsen. Maar doe het dan wel na een paar weken nog even over, zo blijkt uit een in dit nummer gepubliceerd onderzoek (pagina 66). (ToH)
Reacties
Er zijn nog geen reacties.