Achtergrond Enuresis nocturna komt bij 15-20% van de kinderen van 5 jaar en tot 2% van de volwassenen voor. Hoewel de aandoening vaak spontaan verdwijnt, kan de belasting voor kinderen en ouders groot zijn.
Methode Er werd in diverse databases gezocht naar gerandomiseerde onderzoeken waarin voor bedplassen de plaswekker vergeleken werd met geen behandeling, andere gedragsmatige interventies of medicamenteuze behandeling. Aanvullend werd informatie opgevraagd bij producenten en wetenschappers op het gebied van enuresis. De zoekprocedure ging tot juli 1997.
Resultaten Na toepassing van strenge selectiecriteria werden er in totaal 22 gerandomiseerde onderzoeken ingesloten, met in totaal 1125 kinderen die de plaswekker kregen. In de regel was de methodologische kwaliteit laag en bij veel onderlinge vergelijkingen ging het om slechts één onderzoek. Kinderen die met de plaswekker werden behandeld, hadden in vergelijking met niet-behandelde kinderen significant meer kans om droog te worden (RR voor niet droog worden gedurende 14 nachten: 0,27; 95%-BI: 0,19-0,39) en droog te kunnen blijven (RR: 0,58; 95%-BI: 0,46-0,74). Er was onvoldoende bewijs om te kunnen bepalen of het ene type wekker beter is dan het andere, of dat alleen een wekker even goed of beter is dan een andere gedragsmatige aanpak, of dat een combinatie van beide beter is. Desmopressine of tricyclische antidepressiva lijken tijdens de behandelperiode even effectief als de plaswekker. Er is echter enig bewijs dat bij de plaswekker recidieven minder vaker voorkomen (RR: 0,11; 95%-BI: 0,02-0,78).
Conclusie De plaswekker is een effectieve behandeling voor bedplassen bij kinderen. Desmopressine en tricyclische antidepressiva zijn even effectief, maar er treedt na de behandelperiode vaker een recidief op dan met de plaswekker. Er zijn nog meer vergelijkingen tussen gedragsmatige en medicamenteuze behandelingen nodig waarbij vooral ook op recidieven moet worden gelet.
Commentaar
De huisarts wordt maar enkele keren per jaar geconfronteerd met hulpvragen rondom enuresis nocturna. Gezien het spontane gunstige beloop is terughoudendheid aangewezen. Om de groep volwassenen met enuresis nocturna (1-2%) mogelijk te verkleinen zijn drie vragen van belang:
- Welke kinderen lopen het grootste risico op een gestoorde zindelijkheidstraining?
- Welke interventie heeft de grootste kans van slagen met de minste terugval?
- Op welke leeftijd is interventie het meest succesvol?
Literatuur
- 1.↲Dijk PA van, Boomsma LJ, Ubbink JTh, Veraart-Schelfhout LM, Van der Meulen P, Dijkstra RH, et al. NHG-Standaard Enuresis nocturna. Huisarts Wet 1996; 39:459-70.
- 2.↲Sukhai RN, Mol J, Harris AS. Combined therapy of enuresis alarm and desmopressin in the treatment of nocturnal enuresis. European J Pediatr 1989;148:465-7.
- 3.↲Van Zwet JML, Wiertz YDBM, Bolk-Bennink LF, Van Leerdam FJM, Hirashing RA. Plaswekker ook succesvol bij 5-7-jarigen met enuresis nocturna. Ned Tijdschr Geneesk 1998;142:897-900 (en [ingezonden] Ned Tijdschr Geneesk 1998;142: 1685-6).
Reacties
Er zijn nog geen reacties.