Vrouwelijke top

Nederland heeft op alle gebieden bijzonder weinig vrouwelijke hoogleraren en universitaire hoofddocenten. In de huisartsgeneeskunde is dat helaas niet anders. Bij een toenemend aantal vrouwelijke huisartsen, mag je toch verwachten dat er een gericht NHG-beleid is om ‘vrouwen door het plafond’ te brengen zoals dat heet in een recent rapport van het Landelijk overleg Emancipatie Kwaliteit in het Wetenschappelijk Onderzoek. NWO heeft wel een programma ASPASIA dat de bedoeling heeft om vrouwelijke onderzoekers te helpen. Begin januari 2002 sluit de nieuwe ronde. Op initiatief van de enige twee vrouwelijke hoogleraren huisartsgeneeskunde is in april een werkgroep opgericht om te proberen meer vrouwen in de wetenschappelijke top te krijgen. De bedoeling is om vrouwen met interesse in een universitaire loopbaan te stimuleren om met adequate papieren de gewenste posities te veroveren. Het onderlinge netwerk kan steun bieden en is een basis voor de lobby bij universiteiten. De werkgroep zal voorlopig functioneren als werkgroep van de VNVA (Vereniging van Vrouwelijke Artsen). Het liefst hadden de oprichters er een NHG-VNVA werkgroep van willen maken, maar dat is nog niet gelukt. Het lijkt me tijd voor een wetenschappelijke vereniging als het NHG om zich ook op dit gebied actiever op te stellen. (JZ)

ASPASIA: inlichtingen bij NWO (tel 070-3495111) Werkgroep Vrouwen naar de top: Toine Lagro, e-mail: t.lagro-janssen@hsv.kun.nl