Wisselend tevreden over digitaal doktersconsult

De onderzoekers gingen na hoe patiënten digitale zorg ervoeren in vergelijking met face-to-facezorg. Zij benaderden 5864 deelnemers van de Rotterdam Studie, een prospectief cohortonderzoek naar chronische ziektes op oudere leeftijd. Daarbij gebruikten zij vragenlijsten (respons 77%). De onderzoekspopulatie bestond uit patiënten die gedurende de eerste maanden van de COVID-19-pandemie minimaal 1 digitale consultatie (telefoon of video) met een huisarts of specialist hadden (n = 1103; gemiddelde leeftijd 71 jaar; 58,7% vrouw; 29,7% hoog opgeleid).

Onderzoeksresultaten en beperkingen 

De helft van de deelnemers vond digitale consultatie minder prettig (n = 556; 50,4%), terwijl 38,1% geen voorkeur had en 11,5% digitale consultatie prefereerde. Het meest genoemde nadeel van digitale consultatie was de afwezigheid van non-verbale communicatie (n = 233), gevolgd door gebrek aan lichamelijk onderzoek (n = 127) en moeizame communicatie door taal- of somatische beperkingen (n = 53). Patiënten waren positief over digitale consultatie als dat paste bij de inhoud van het consult (n = 140), zoals het bespreken van labresultaten of bij een vervolgconsult. Ook het niet hoeven reizen (n = 107) en laagdrempeliger contact hebben (n = 36) beschouwden zij als voordelen. 

Een beperking van het onderzoek is dat mensen die een digitale consultatie weigerden niet zijn geïncludeerd. Daar staat tegenover dat de populatie relatief oud was en jongere mensen mogelijk positiever staan tegenover digitale consultatie.

Keuze bieden 

Dit onderzoek onderstreept de behoefte aan non-verbale communicatie en lichamelijk onderzoek in een face-to-facecontact voor een deel van de patiënten. Het openstaan voor digitale consultatie is afhankelijk van persoonlijke en situationele factoren. Huisartsen kunnen patiënten meer vrijheid geven door hun de keuze te bieden een bezoek aan de praktijk in te wisselen voor een digitaal consult.