H&W maakt gebruik van functionele cookies die strikt noodzakelijk zijn voor de werking van de website en analytische cookies om inzicht te krijgen in de werking en effectiviteit van de website.
H&W maakt gebruik van functionele cookies die strikt noodzakelijk zijn voor de werking van de website. We gebruiken analytische cookies om de website te verbeteren. Tevens gebruiken we cookies voor advertenties. U kunt hieronder aangeven welke cookies u toestaat. We gebruiken de volgende cookies:
Door in te loggen op HAweb krijgt u toegang tot de artikelen op HenW.org.
Beste abonnee, je hebt toegang tot HenW.org door in te loggen met je HAwebSSO-account. Onlangs heb je mail van ons ontvangen hoe je dit account kunt activeren. Hulp nodig bij het aanmaken van een nieuwe inlog? Heb je vragen? Neem dan contact op met onze supportteam via contactcentrum@nhg.org.
Elk sterfbed is anders. De ziekte en symptomen verschillen uiteraard, maar vooral de manier waarop mensen met hun sterven omgaan, maakt elk sterfbed uniek. Toch zijn in het omgaan met naderend sterven wel patronen herkenbaar. Als de professional zich hiervan bewust is, kan hij de terminale patiënt beter begeleiden.
De dvd Kijk op sterven is bedoeld om kennis te maken met de verschillende ‘sterfstijlen’ die mensen kunnen hebben. De dvd is een uitgave van de Stichting STEM, een stichting die het praten en denken over sterven wil stimuleren en wil bevorderen dat mensen sterven in de omgeving die ze zelf kiezen. Die omgeving is voor de meeste mensen thuis. STEM heeft onderzoek laten doen naar de verschillende sterfstijlen van patiënten en komt op basis hiervan tot de beschrijving van vijf stijlen: de onbevangenen, de vertrouwenden, de rationelen, de socialen en de proactieven. De website http://www.stichtingstem.info geeft meer informatie over de stichting en geeft een overzicht van de verschillende sterfstijlen. De dvd toont eerst een korte presentatie van deze vijf stijlen. Vervolgens zien we het slechtnieuwsgesprek met deze patiënten en volgen er een aantal lastige situaties voor arts en verpleegkundige. De onbevangen patiënt eist bijvoorbeeld een euthanasie van de dokter en de sociale patiënt durft niet naar huis als de oncoloog is uitbehandeld. De trainer geeft vervolgens een aantal tips hoe de professional om kan gaan met de verschillende stijlen van die patiënten.
De fragmenten doen soms wat karikaturaal aan, en de moraal van het verhaal zal ons huisartsen niet onbekend voorkomen: goed luisteren naar je patiënt, de vragen van de patiënt verhelderen en vooral ook wat ‘judoën’. De presentatie van de vijf sterfstijlen kan bij scholingen zeker een handvat bieden om zorgverleners gerichter te leren kijken en luisteren naar patiënten die gaan sterven. (Theo Schrijver)