Samenvatting
Wat is bekend?
Wat is nieuw?
Inleiding
-
Herzie en vernieuw modules met betrekking tot geriatrie en ouderenzorg: een integrale, anticiperende benadering vormt het uitgangspunt.
-
Organiseer een gezamenlijk onderwijsmoment op het gebied van ouderenzorg, zodat de toekomstige hulpverleners kennismaken met multidisciplinaire zorg.
Methode
Onderwijsproject in de huisartsenopleiding
Onderzoek
Doel
Populatie en gegevensverzameling
Resultaten
De uitvoerbaarheid van de opdracht
Belangrijkste leerpunten
Persoon | Interview | |
---|---|---|
A5 | 3 | Maar ik denk dat ik in zijn algemeenheid wel veel heb geleerd, en ook meer heb leren vragen naar hoe de situatie is. En dat ik bijvoorbeeld eerder geneigd ben om te vragen: heeft het leven voor u wel zin zo? Hebt u er plezier aan? En zo niet, waar schort het aan, waar zit het hem in? En dat is misschien wel omdat ik wat langer tijd heb besteed aan ouderen in het kader van het project. |
A2 | 3 | Wat ik eerst wel deed was proberen in kaart te brengen, maar dan keek ik niet meteen van waar ligt jullie urgentie, hè die van de patiënt. En van waar loopt u tegenaan, dat vraag ik dan wel, maar van waar zou u hulp willen hebben, of wat vindt u nu belangrijk in dit, wat zou u op 1 zetten van wat kunnen we nu verbeteren. |
A1 | 3 | I: En als je kijkt naar jezelf toen je begon en nu je klaar bent als hulpverlener, dan met name op het gebied van ouderen, ben je daarin veranderd?A1: Ja vind ik wel. Dat je meer oog hebt voor die multiproblematiek die er speelt en dat je daar dus ook eerder naar vraagt. Dus zoals nu die man met geheugenproblemen en die dochter die zegt ik maak me toch zorgen omdat hij vaak alleen is, dat hij niet valt, en hij moet ’s nachts die trap af. En dat zit er eigenlijk dus nog onder, en daar ga ik dan meer op in. Terwijl eerst, dan had ik gezegd: ja geheugenproblemen, een MMSE. Nou valt het allemaal wel mee, een alarm heeft hij wel. Dan ga je er allemaal wat minder op in, nu ga je er wat meer op in en dat je dan denkt van ik ga het wel wat verder uitdiepen van wat er allemaal onder zit. |
A1 | 3 | Ik denk dat het gewoon goed is als je één keer iemand heel uitgebreid in kaart brengt, dat je iemand veel beter in beeld hebt, zeg maar. Wat er speelt in zijn algemeenheid. Dus als er dan iets bij komt, dat je dat veel beter kunt plaatsen. |
A3 | 3 | I: Of het in kaart brengen zin had, dat weet je niet?A3: Nou, ik denk toch wel, want ik hoefde niet het hele, ik wist gewoon de voorgeschiedenis, ik wist hoe die mevrouw in elkaar stak, en ik wist van nee dit klopt gewoon niet, want zo ken ik haar niet. Dus dat maakt het in dit geval wat makkelijker, dat ik haar een keer uitgebreid gezien had. |
B2 | 2 | Maar wat ik goed aan hem vind, en of dat hiermee aangescherpt is, hij kan een mooi totaalbeeld schetsen en hij kan dat prioriteren, kan heel goed organiseren, en heeft dus gericht mensen kunnen helpen. |
Visie
Regiefunctie en samenwerken
Persoon | Interview | |
---|---|---|
B1 | 1 | Ik denk dat het goed is dat er binnen de opleiding hier wel wat mee gedaan wordt. Anders deed ik niet mee. Want ik denk dat het samenwerken, ik merk ook bij mijn aios, dat dat nog veel verbeterd kan worden. Je ziet aios toch vaak op hun eigen kamertje zitten, zonder dat er interactie is met anderen, dat ik denk van kom er eens uit en ga eens overleggen. Er zijn zo veel mogelijkheden, en onderzoek het eens. En ik denk dat dat weinig geleerd wordt, dus wat dat betreft is het goed dat er nou iets gebeurd, dat er toch ook competenties worden opgesteld daarvoor. |
B2 | 3 | Maar waar hij in gegroeid is, is dat hij gewoon een veel centraler figuur geworden is. Hij heeft zich geprofileerd als zijnde ik ben het eerste aanspreekpunt. Het waren zijn patiënten. |
B1 | 3 | Ik denk dat de aios hier wel leert samen te werken. Dat ze veel beter weten van wanneer ergo, wanneer fysio, wanneer POH, die POH dat, met de assistentes, met de opleider van welke vragen wel, welke niet. Dus het samenwerken is denk ik bij uitstek de competentie wat je hier goed mee kan trainen. Daarom vind ik het ook wel een goed project. |
A4 | 3 | Terugkijkend had ik misschien wat meer gebruik kunnen maken van een specialist ouderenzorg. Niet dat ik denk dat ik nu m’n patiënten tekort heb gedaan, maar er waren niet zulke problematische dingen dat ik denk er moet iemand meekijken. Maar misschien zijn er altijd dingen toch die zij zien die ik niet zie. |
A1 | 2 | In het eerste jaar, mijn opleider deed dat toen wel [consulteren van de specialist ouderengeneeskunde]. En dat was wel heel nuttig, dat vond ik toen wel nuttig, dus ik weet ook wel dat het kan, zeg maar. Maar mijn [huidige] opleider doet dat helemaal niet. |
Rol van de opleider
Persoon | Interview | |
---|---|---|
A3 | 3 | We hebben de laatste tijd het project zelf niet actief op die manier besproken of we zijn daarvoor gaan zitten. Patiënten die passeren bespreken we uiteraard, maar niet speciaal in het kader van dit. |
B1 | 3 | Ik heb heel weinig gedaan. En zo nu en dan heeft ‘A1’ met mij overlegd over de gang van zaken. |
B1 | 2 | I: En wat zijn dingen die je zou willen verbeteren, dat je denkt daar kan ik nog winst behalen.B1: Toch nog meer samenwerken. Toch niet alleen aan de praktijkondersteuner denken, maar ook samen met haar denken aan fysiotherapie, ergotherapie, aan een diëtiste bijvoorbeeld, daar denken we ook veel te weinig aan bij van die oude bejaarden. Dus dat op dat gebied. En misschien eens een keer overleggen met een specialist ouderengeneeskunde. Dat doe ik echt zelden, een heel enkele keer. Als dat twee of drie keer is geweest in de afgelopen tien jaar dan houdt het wel op. |
Al doende leren
Persoon | Interview | |
---|---|---|
A4 | 2 | Hoe heb ik dat geleerd? Eigenlijk gewoon in het diepe springen, gewoon eerst inventariseren wat je precies kan doen en dan uitvinden hoe je er achter komt. Sommige dingen weet je hoe je ze kan benaderen en sommige dingen kom je gaandeweg achter en denk je ik kan beter die bellen of dat kan ik makkelijker zo en zo doen. Al doende leert men, zo kom je er eigenlijk achter. |
B3 | 2 | Ja goed, het mes snijdt aan twee kanten. Als zo’n patiënt goed in kaart gebracht wordt en allemaal dingen komen bovendrijven. Voor mij is het leuk, dan denk ik dat hebben we goed gedaan, de aio heeft er wat van geleerd, de patiënt is ermee gediend. Dan als je dat op een heel theoretische manier zou doen. Je moet dat in de praktijk doen, dat spreekt veel meer. Kijk, die derdejaars hebben al met veel disciplines samengewerkt, maar als je het kunt gieten in iets wat je ook aan de patiënt kunt koppelen met alles erop en eraan, wie moet ik allemaal inschakelen, dan wordt het één geheel. |
B4 | 2 | Dit is de aanleiding geweest om zoiets op touw te zetten. Want anders zou de aanleiding er, die had er natuurlijk kunnen zijn ten aanzien van bepaalde patiënten, maar hier is hij nadrukkelijker gepresenteerd. Dus de mogelijkheid is gepresenteerd om een patiënt uitvoerig van alle kanten te bekijken, eventueel met anderen, dus multidisciplinair, en dat is ook bij enkelen, bij twee van de vier zeker, gebeurd. En om daar dus beleid te voeren en de regie te nemen. En die mogelijkheid is er eerder, in beginsel wel geweest, maar is niet zo... Ze is niet zo op de proef gesteld eerder. |
Beschouwing
Beperkingen van het onderzoek
Vervolg
Conclusie
Reacties
Er zijn nog geen reacties.