De helft van de deelnemende huisartsenpraktijken screende iedere nieuwe volwassen patiënt op hiv met een point-of-caretest. Gedurende 28 maanden diagnosticeerden zij 32 nieuwe hiv-patienten tegenover 14 patiënten in de controlepraktijken. De CD4-waarde van de gescreende patiënten was gemiddeld ook hoger, wat duidt op een diagnose eerder in het ziekteproces.
Invoeren van screening verhoogt eerst de zorgkosten doordat meer patiënten worden gediagnosticeerd. De uiteindelijke verlaging van de kosten komt doordat de behandelkosten van hiv toenemen naarmate de ziekte vordert. Vroege opsporing zorgt voor minder verspreiding van het virus en een betere langetermijnprognose met lagere zorgkosten. Wanneer hiv relatief veel voorkomt in een populatie, bijvoorbeeld in een stad of wijk, levert een screeningsprogramma eerder geld op dan in gebieden waar hiv weinig voorkomt.
De onderzoekers adviseren voorlopig alleen screening in gebieden met een hoge hiv-prevalentie (> 0,2%). In Nederland zou dit gelden voor grote steden als Amsterdam (prevalentie > 0,8%). Het is nog niet duidelijk of screening ook in Nederland geld oplevert, omdat ons gezondheidszorgsysteem anders in elkaar zit dan het Britse. Daarnaast zitten er ook ethische aspecten aan een invoering van het programma. Dit onderzoek is voer voor discussie in Nederland. Hiv-screening zou in de toekomst immers kunnen leiden tot betere zorg én lagere zorgkosten.