Wetenschap

Case-finding voor hepatitis B en C bij patiënten uit risicolanden

In de NHG-Standaard Virushepatitis en andere leveraandoeningen staat het advies om in risicolanden geboren patiënten te testen op hepatitis B en C, maar huisartsen doen dit te weinig. In dit onderzoek benoemen de auteurs een aantal barrières en doen ze praktische aanbevelingen ter verbetering van de standaard. Ze pleiten voor betere registratiemogelijkheden om de betreffende patiënten snel te kunnen identificeren.
4 reacties

Samenvatting

Abstract

Generaal E, Van Dulm E, Thomas F, Van der Veldt W, Van Bergen JE, Prins M. Hepatitis B and C case finding among patients from high-risk countries. Huisarts Wet 2021;64:DOI:10.1007/s12445-021-1140-0.

Background In line with the recommendations of the Health Council, the Dutch College of General Practitioners (NHG) Guideline on Viral Hepatitis advises that individuals with viral hepatitis or other liver diseases who were born in high-risk lands should be routinely tested for hepatitis B virus and hepatitis C virus. Yet few general practitioners do this. This study investigated barriers to hepatitis case finding among GPs and their suggestions on how to improve this.

Method Ten GPs working in Amsterdam were interviewed and transcripts of these interviews were categorized by relevant themes.

Results The main barriers to case finding were insufficient knowledge of the guideline, limited time and possibilities to register relevant information, and cost to the patient. Four practical recommendations were to include high-risk lands in the guideline, to expand the registration possibilities in the electronic patient record, to include hepatitis on standard laboratory forms, and to provide GPs with refreshers courses and support in determining who and when to test.

Conclusion In view of current discussion about the work load of general practices, GPs should be better informed, involved, and supported in the basic tasks of general practice medicine and the role of prevention in this.

Hepatitis B en C test
Test patiënten die zijn geboren in risicolanden standaard op hepatitis B en C.
© Shutterstock

Wat is bekend?

  • In de NHG-Standaard Virushepatitis en andere leveraandoeningen wordt huisartsen geadviseerd actieve case-finding voor hepatitis B en C te overwegen bij patiënten die zijn geboren in risicolanden, maar huisartsen doen dit te weinig.

  • Voor hepatitis C zijn goede, kortdurende behandelingen beschikbaar zonder veel bijwerkingen en hepatitis B is goed onder controle te brengen.

Wat is nieuw?

  • Als barrières voor case-finding noemen huisartsen onder andere onvoldoende bekendheid met de NHG-Standaard, tijdgebrek, onvoldoende registratiemogelijkheden met betrekking tot de migratiegeschiedenis en financiële bezwaren voor de patiënt.

  • Praktische aanbevelingen zijn: een lijst van HBV- en HCV-risicolanden opnemen in de NHG-Standaard, de registratiemogelijkheden in het elektronisch patiëntendossier (EPD) uitbreiden en het standaard labformulier uitbreiden met hepatitis B en C.

  • Het verdient aanbeveling huisartsen bij te scholen over hepatitis en te ondersteunen bij de bepaling wie en wanneer te testen.

Infecties met het hepatitis B- en C-virus (HBV en HCV) kunnen levercirrose en hepatocellulair carcinoom veroorzaken, maar blijven vaak onontdekt.1 Zonder behandeling wordt een acute HBV-infectie bij 5-10% en een acute HCV-infectie bij 50-80% van de volwassen patiënten chronisch.2 Van de patiënten met chronische hepatitis B ontwikkelt ongeveer 20% binnen 20 jaar levercirrose, bij hepatitis C is dit 12-30%.234 Beide infecties worden zowel verticaal overgedragen van moeder op kind, als horizontaal binnen gezinnen en instellingen, via seksueel contact en via medische instrumenten of (injectie)materiaal. In Nederland overlijden jaarlijks ongeveer 500 mensen aan chronische hepatitis B en C en dat is onnodig, want er zijn goede behandelingsmogelijkheden.5 Met een combinatietherapie van direct-acting antivirals (DAA) geneest > 90% van de patiënten met chronische hepatitis C.67 En met nucleosideanalogen kan actieve chronische hepatitis B in een inactieve fase worden gebracht, zodat de kans op complicaties en transmissie op lange termijn aanzienlijk afneemt.8

De prevalentie van chronische HBV-infectie in de algemene bevolking van Nederland is ongeveer 0,3% en die van chronische HCV-infectie ongeveer 0,16%.9 Voor een gemiddelde huisartsenpraktijk komt dat neer op 6 personen met een chronische HBV-infectie en 3 personen met een chronische HCV-infectie.

De meeste infecties komen voor bij mensen die zijn geboren in risicolanden zoals Suriname, Turkije, Marokko en Polen.910 De hoge prevalentie in die landen hangt onder andere samen met slechte hygiëne in de zorg, druggebruik met besmette spuiten (met name bij HCV) en de beperkte beschikbaarheid van bijvoorbeeld prenatale HBV-screening bij zwangere vrouwen (in Nederland gebeurt dat sinds 1989). Een groot deel van de ongeveer 13% van de Nederlandse bevolking die elders is geboren, is afkomstig uit risicolanden en er is dus veel voor te zeggen om zich bij de opsporing en behandeling van hepatitis met name op deze bevolkingsgroepen te richten.1011

Case-finding voor HBV en HCV bij mensen met een migratiegeschiedenis is kosteneffectief gebleken.1213 Rotterdams onderzoek liet zien dat 86% van de patiënten met een nieuw gediagnosticeerde chronische HBV-infectie een niet-Nederlandse achtergrond heeft.14 In een onderzoek onder 709 in Turkije geboren Arnhemmers bleken de prevalenties van chronische HBV-infectie (3,0%) en van antistoffen tegen HCV (0,4%) hoger dan in de algemene Nederlandse bevolking (anti-HCV 0,06-0,3%).915 Ook in het recente HELIUS-onderzoek in een Amsterdams multi-etnisch cohort (n = 3000) bleek de prevalentie van chronische HBV-infectie aanzienlijk hoger bij eerstegeneratie-Amsterdammers met een Ghanese, Turkse of Creools-Surinaamse achtergrond (2-5%) dan bij Amsterdammers die in Nederland waren geboren (0,4%). De prevalentie bij Amsterdammers met een Marokkaanse of Hindoestaans-Surinaamse migratieachtergrond verschilde niet significant van die bij in Nederland geboren Amsterdammers. In het cohort kwamen weinig chronische HCV-infecties voor.16

De Gezondheidsraad adviseert HBV- en HCV-infecties actief op te sporen via case-finding in de huisartsenpraktijk door mensen te testen die zijn geboren in intermediair- of hoog-endemische gebieden, dat wil zeggen met prevalentiecijfers > 2% voor HBV of HCV.17 De NHG-Standaard Virushepatitis en andere leveraandoeningen adviseert patiënten uit risicolanden te testen,18 maar in de praktijk blijken huisartsen dit niet standaard te doen.19 Om inzicht te krijgen in de uitvoerbaarheid van de NHG-Standaard hebben we een kwalitatief onderzoek uitgevoerd onder in Amsterdam werkzame huisartsen. We vroegen welke barrières zij ondervonden voor case-finding met hepatitis in deze doelgroepen en welke adviezen ze hadden.

Methode

In maart en april 2019 namen we bij 10 Amsterdamse huisartsen een semigestructureerd diepte-interview af. In de interviews vroegen we naar barrières op het gebied van kennis, attitude, patiëntfactoren en context, en naar adviezen om deze barrières te verlagen. Onze gerichte, niet-representatieve steekproef omvatte 9 huisartsenpraktijken in Amsterdam-Zuidoost en 1 in Amsterdam-West. We selecteerden deze stadsdelen omdat de huisartsenpraktijken daar relatief veel patiënten hebben die zijn geboren in landen waar hepatitis endemisch is (Turkije, Marokko, Suriname). We benaderden in totaal 13 huisartsen: 5 huisartsen via collega’s van de GGD, 6 via de 5 eerder benaderde huisartsen en de interviewer vond er zelf nog 2. Uiteindelijk zagen 3 huisartsen door tijdgebrek af van deelname. Alle interviews werden afgenomen door 1 onderzoeker (FT) aan de hand van een korte vragenlijst, de duur was gemiddeld 20 minuten. De interviewgesprekken werden getranscribeerd en in MAXQDA geanalyseerd met open coding, gevolgd door categorisatie naar relevante thema’s.

Resultaten

Na 7 interviews kwamen er weinig nieuwe inhoudelijke gezichtspunten meer naar voren en werd saturatie bereikt. De huisartsen benoemden 18 barrières en 17 adviezen [tabel], waarvan we hierna de belangrijkste belichten.

Is het mijn taak om op HBV en HCV te testen, en bij wie dan?

De geïnterviewde huisartsen meenden dat ze onvoldoende kennis hadden over de NHG-Standaard. Ze gaven aan niet te weten dat preventief testen op HBV en HCV bij patiënten uit risicolanden tot hun taak en verantwoordelijkheid behoort. Sommigen verkeerden ten onrechte in de veronderstelling dat er in asielzoekerscentra reeds op hepatitis wordt getest. Enkelen adviseerden te bezien of testen op HBV en HCV bij risicogroepen wel uitvoerbaar is binnen de huisartsenpraktijk en of deze taak niet beter kan worden belegd bij de GGD of het asielzoekerscentrum. Ook vonden ze het aanvragen van tests een grote tijdsinvestering ten opzichte van het feit dat hepatitis in hun huisartsenpraktijk weinig voorkomt. Zij adviseerden de GGD spiegelinformatie te laten verschaffen over hoe vaak HBV- en HCV-tests waren aangevraagd vanuit hun praktijk en hoeveel daarvan positief waren.

Er lijkt behoefte aan verduidelijking van de NHG-Standaard Virushepatitis. De geïnterviewden wisten niet goed aan wie ze de tests moesten aanbieden, mede omdat de standaard geen landenlijst bevat. Ook staat in de standaard niet duidelijk vermeld of testen alleen nodig is bij personen uit hoog-endemische landen of ook bij personen uit intermediair-endemische landen. Daarnaast ontbreekt een advies wanneer te testen op een van beide infecties of op allebei. Een advies was dus een lijst van risicolanden op te nemen in de NHG-Standaard. Andere adviezen betroffen vergroting van het bewustzijn over hepatitis onder huisartsen via bijscholing over de NHG-Standaard, publicaties in tijdschriften voor huisartsen of e-mailalerts bij wijzigingen in NHG-Standaarden.

Hoe pak ik het testen praktisch aan?

De geïnterviewden zeiden dat ze tijdens (de voorbereiding van) het consult vaak te weinig tijd hadden om de voorgeschiedenis van HBV- en HCV-tests en HBV-vaccinaties op te zoeken in het elektronisch patiëntendossier (EPD). Het eerste consult met een nieuwe patiënt leek hen het meest geschikte moment om te testen, maar enkelen waren bang dat het ter sprake brengen van het geboorteland als stigmatiserend kon worden ervaren. Bovendien vonden zij het bezwaarlijk dat een hepatitistest op dat moment niet aansloot bij de hulpvraag van de patiënt. Ze deden de suggestie dat er tijdwinst te behalen zou zijn als in het EPD al een voorselectie was gemaakt van patiënten die in aanmerking komen voor de tests, zodat het bijvoorbeeld een pop-up kon tonen op basis van het land van herkomst.

De beperkte registratiemogelijkheden in de Amsterdamse huisartsenpraktijken werden frequent benoemd als barrière om te testen op hepatitis. Het EPD heeft geen apart registratieveld voor geboorteland, generatiestatus, eerdere testuitslagen en HBV-vaccinatie. Ook werd als nadeel ervaren dat de HBV- en HCV-tests op een apart labformulier moeten worden aangevinkt. Dit zou kunnen leiden tot het advies om het EPD, het labformulier en het registratieformulier voor nieuwe patiënten in die zin aan te passen, voor zover uitvoerbaar om technische en privacyredenen.

Zit mijn patiënt wel op een hepatitistest te wachten?

De voornaamste barrières voor patiënten waren volgens de geïnterviewden de taalbarrière en de kosten van een test, die binnen de ziektekostenverzekering voor rekening van het eigen risico komen. Als andere mogelijke barrières noemden ze angst voor een positieve testuitslag en angst voor het delen van persoonsgegevens (bij ongedocumenteerden). Om de drempel voor het testen te verlagen, adviseerden ze voorlichting aan de doelgroep over de risico’s van hepatitis en de gezondheidswinst bij opsporing en behandeling, en over de vergoedingen voor onverzekerden. Deze voorlichting zou ook buiten de huisartsenpraktijk kunnen worden gegeven, bijvoorbeeld bij ambassades of moskeeën.

Beschouwing

Barrières en algemene aanbevelingen

De barrières die de geïnterviewde huisartsen noemden, zijn voor een deel dezelfde als die huisartsen eerder noemden in een onderzoek naar hiv-diagnostiek bij indicatorziekten: reserves ten aanzien van het bespreken van etniciteit, twijfels over de kosteneffectiviteit van tests, hogere urgentie van andere gezondheidsproblemen, tijdgebrek en mismatch met de ingangsvraag van het consult.20 Het lijkt effectief om tests op HBV, HCV en hiv gecombineerd aan te bieden, ook omdat de risicolanden voor deze infecties deels overlappen.9132122 Aangezien de geïnterviewde huisartsen aangaven dat ze twijfelden over de opbrengst aan diagnoses, is het te overwegen een gecombineerd testpakket voor HBV, HCV, hiv en tbc aan te bieden in hotspot areas waar deze ziekten veel voorkomen.13192021

Praktische aanbevelingen

De geïnterviewde huisartsen deden de suggestie om in de NHG-Standaard een lijst van risicolanden op te nemen, zodat men kan bepalen welke patiënten in aanmerking komen voor een test op HBV en/of HCV. Ook kunnen de prevalentiekaarten in de standaard worden vernieuwd [figuur 1 en 2], want er zijn recentere gegevens beschikbaar.92324 In 2017 heeft het RIVM een ‘hepatitistool’ ontwikkeld waarmee men de top 10 risicolanden voor HBV en HCV per GGD regio kan selecteren.10 Huisartsen kunnen deze tool gebruiken om inzicht te krijgen in de risicopopulatie in hun eigen regio.

Figuur 1 | Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis B in 2016

Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis B in 2016
Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis B in 2016
© Polaris 2018

Figuur 2 | Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis C in 2015

Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis C in 2015
Wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis C in 2015
© Polaris 2017

Geautomatiseerde voorselectie in het EPD van patiënten die in aanmerking komen voor een test op HBV of HCV is problematisch. Het geboorteland wordt momenteel niet geregistreerd als variabele, hooguit aangegeven in het vrije tekstveld. Er zijn digitale alertservices voor huisartsen om bij personen met verhoogde leverwaarden de juiste diagnostische bepalingen aan te vragen, maar het daarin registreren van etniciteit staat ter discussie vanwege ‘etnisch profileren’. 252627 Daartegenover wordt benadrukt dat er in de huisartsgeneeskunde wel degelijk rekening moet worden gehouden met de etnische achtergrond bij diagnostiek en therapiekeuze.2829 Automatische pop-ups in het EPD op basis van migratiegeschiedenis zouden ook relevant zijn voor andere NHG-Standaarden, bijvoorbeeld voor het testen op diabetes mellitus type 2, het inzetten van bloeddrukverlagende medicatie of het aanbieden van een hiv-test tijdens een soa-consult.2930313233 Registratie van etniciteit is geneeskundig wel degelijk van belang omdat de migratiegeschiedenis aantoonbaar een rol speelt bij veel (infectie)ziekten.28293031323334

Case-finding voor hepatitis B en C een taak van de huisarts?

De huisartsen in ons onderzoek meldden een gebrek aan gevoel van eigenaarschap bij de NHG-Standaard. Toch strookt het advies in de standaard om HBV- en HCV-tests te overwegen bij patiënten uit risicolanden met de uitkomsten van de recente Woudschotenconferentie, waarin ‘zorggerelateerde en geïndiceerde preventie’ met nadruk tot de kerntaken van de huisartsenzorg wordt gerekend.3536 Kennelijk moeten huisartsen, in het licht van de actuele discussie over overbelasting in de huisartsenpraktijk, beter worden geïnformeerd, betrokken en ondersteund met betrekking tot de kernwaarden van de huisartsenzorg en de plaats van preventie daarin.

Beperkingen van het onderzoek

Dit was een kwalitatief onderzoek binnen een niet-representatieve steekproef van slechts 10 huisartsen die allemaal in Amsterdam werkten. Het zou interessant zijn om een eventueel vervolgonderzoek uit te breiden naar andere regio’s, om te zien of er nog nieuwe gezichtspunten bijkomen. De barrières en adviezen die onze geïnterviewden noemden, zijn zeker herkenbaar voor huisartsen in stadswijken waar veel patiënten wonen met een migratieachtergrond. Wij zijn echter van mening dat onze bevindingen over het opsporen van virale hepatitis ook relevant zijn voor huisartsen die veel minder patiënten met een migratiegeschiedenis in hun praktijk hebben.

Conclusie

Huisartsen ervaren diverse barrières bij het uitvoeren van het advies uit de NHG-Standaard Virushepatitis om patiënten geboren in risicolanden standaard te testen op HBV en HCV. We hebben in dit artikel een aantal praktische aanbevelingen gedaan ter verbetering van de standaard, maar pleiten vooral ook voor betere registratiemogelijkheden om de betreffende patiënten snel te kunnen identificeren.

Tabel: Barrières en adviezen met betrekking tot case-finding voor hepatitis B en C bij patiënten geboren in risicolanden
Domein Barrières om te testen op HBV en HCV Adviezen van huisartsen
Kennis (toegang tot kennis en informatie voor de huisarts)

Onvoldoende kennis over de NHG-Standaard en wie te testen

Onvoldoende kennis over de behandelingen voor hepatitis B en C

Te weinig kennis over de risicolanden voor HBV en HCV

Onvoldoende kennis over de dekking van tests/behandeling vanuit de CAK-regeling (voor onverzekerden)

Foutieve aanname dat tests bij asielzoekerscentra hebben plaatsgevonden

Training van huisartsen

Bewustwording bij huisartsen (via bijvoorbeeld publicaties/e-mailalerts)

Toevoegen van een risicolandenlijst aan de NHG-Standaard

Systeem (externe factoren die handelen en overwegingen van de huisarts beïnvloeden)

Onvoldoende tijd voor bespreking laboratoriumafname en nazoeken voorgeschiedenis met betrekking tot HBV- en HCV-tests en HBV-vaccinatie

Beperkingen EPD-registratie: geen vaste velden voor geboorteland en generatiestatus

Onlogische plaatsing vinkje HBV en HCV op digitaal labformulier

Verbetering EPD: vindbaarheid voorgeschiedenis met betrekking tot HBV- en HCV-tests en HBV-vaccinatie

Verbetering laboratoriumformulier (opnemen in standaardformulier)

Pop-ups in EPD bij risicofactoren voor HBV en HCV-infectie (NHGDOC)

Registratieformulier nieuwe patiënt in EPD uitbreiden met geboorteland en HBV-vaccinatie

Attitude (meningen of perceptiesvan de huisarts)

Case-finding voor hepatitis is geen kerntaak van de huisarts

Bespreking hepatitistest en -risico past niet bij een introductieconsult, hoewel dit wel het enige geschikte moment is

Testen is een te grote investering ten opzichte van de lage prevalentie van HBV en HCV in de praktijk

Bespreking hepatitistest beantwoordt de hulpvraag van de patiënt niet

Mogelijk hoge kosten voor de patiënt

Terughoudendheid bij het testen van angstige patiënten

GGD zou voor huisarts kunnen bepalen wie in aanmerking komt voor case-finding in de praktijk

GGD zou prevalentiecijfers HBV/HCV per regio in Nederland met de huisarts kunnen delen

Feedback op jaarlijkse HBV/HCV-testaantallen en resultaten (‘spiegelinformatie’)

Minder of geen testkosten

Betaalbare sneltests

Gratis HBV- en HCV-test aanbieden via de GGD

Opsporing beleggen bij asielzoekerscentra

Patiënt (perceptie door de huisarts van de situatie voor de patiënt)

Hoge kosten voor de patiënt (eigen risico)

Angst voor een positieve uitslag weerhoudt van deelname

Angst voor het delen van persoonsgegevens bij ongedocumenteerde patiënten

Taalbarrière of laaggeletterdheid

Bewustwording bij patiënten van de risico’s van hepatitis en de gezondheidswinst bij opsporing

Informatievoorziening belang hepatitistest buiten de huisartsenpraktijk (ambassade, religieuze instellingen)

Kennis van patiënten verbeteren over (anonimiteit binnen) het Nederlandse zorgsysteem en vergoedingen van HBV/HCV-tests voor verzekerden en onverzekerden

Generaal E, Van Dulm E, Thomas F, Van der Veldt W, Van Bergen JE, Prins M. Case-finding voor hepatitis B en C bij patiënten uit risicolanden. Huisarts Wet 2021;64:DOI:10.1007/s12445-021-1140-0.
Mogelijke belangenverstrengeling: niets aangegeven.

Literatuur

Reacties (4)

Annet Sollie 27 juli 2021

Reactie geplaatst namens Roel Metz, gepensioneerd huisarts

Geachte redactie.

Bij het lezen van bovengenoemd artikel viel mij op, dat een belangrijke risicogroep niet genoemd wordt: de Chinezen.

Daarmee bedoel ik niet de Chinezen uit het moderne China, die doorgaans Mandarijn spreken, maar de Kantonees sprekende Chinezen, die hier soms al enkele generaties zijn en die gekomen zijn om te werken in de chinese restaurants, als eigenaar of als werknemer . Deze groep is een onopvallende, 'vergeten' groep buitenlanders, die in de tijd dat er aparte spreekuren op consultatiebureau's met tolken voor andere minderheidgroepen gehouden werden, eigen taal en cultuuronderwijs gegeven werd op de lagere scholen en er aparte tolkendiensten waren en alles in het Turks en he Arabisch vertaald werd door overheden, niet in beeld waren als 'allochtoon' bij de organisaties en instanties die voor hen door de overheid waren ingesteld om deze minderheidsgroepen te ondersteunen.

Toen ik in 1983 de huisartsenpraktijk in hartje Rotterdam overnam, vormden zij ongeveer een derde van mijn populatie.

Omdat ik merkte dat bij deze groep veel hepatitis B dragerschap en actieve infecties voorkwamen, heb ik contact opgenomen met de GGD om dit te melden en hier aandacht voor te vragen. Het advies was toen: bespreek het veelvuldig voorkomen van Hep B met de Chinezen die op het spreekuur komen. Zo ben ik meer geinfecteerden op het spoor gekomen. In de eigen kring van de Kantonezen is er later ook aandacht gekomen voor hepatitis B en natuurlijk werd later bij zwangeren ook getest op Hepatitis B. Dit hielp allemaal mee om infecties binnen deze groep in kaart te brengen. Desondanks zijn er 2 patienten overleden aan hepatocellulair carcinoom en was er een aantal patienten met cirrhose Het stelt mij teleur dat deze groep, bijna 50 jaar later, nog steeds niet in beeld is als risicogroep

Vr groet,

Roel Metz, gepensioneerd huisarts

Annet Sollie 30 augustus 2021

Reactie geplaatst namens de auteurs van dit artikel: 

Beste Roel Metz,

Hartelijk dank voor uw nuttige opmerking op ons artikel. Het klopt dat wij patiënten van Chinese afkomst niet zo sterk hebben uitgelicht in ons artikel. We noemen met name andere voorbeelden, zoals Suriname, Turkije, Marokko en Polen.

China is echter wel degelijk in beeld als risicoland. China behoort tot de top-10 risicolanden voor hepatitis B, als je kijkt naar de hepatitis tool van het RIVM <https://www.rivm.nl/documenten/hepatitis-tool>  en naar de door ons voorgestelde nieuwe plattegrond (Figuur 1).

 

Dus voor toekomstige hepatitis B/C screeningsprogramma's voor 'mensen uit risicolanden' is het advies om ook mensen van (eerste generatie) Chinese afkomst te includeren. Daarnaast adviseren we het gebruik van een landenlijst in de NHG standaard, zodat zorgaanbieders helder zicht hebben op wie per regio een test aangeboden moet krijgen vanwege een verhoogd risico op de infecties. Overigens zijn er in 2009 tot 2012 op initiatief uit Rotterdam en i.s.m. de GGD'en meerdere HBV screeningsprogramma's uitgevoerd voor de Chinese doelgroep (o.a. China aan de Maas, China aan de Amstel, China in het Oosten). U merkt terecht op dat er meer aandacht van de huisarts uit kan gaan naar hepatitis opsporing bij Kantonees sprekende Chinezen. Het meest effectief lijkt een aanpak via een bestaande voorziening, bv de huisarts of GGD in een 'target gebied', waarbij direct een grote groep mensen uit risicolanden kan worden bereikt, waaronder ook de Chinezen.

Nogmaals dank voor uw leuke reactie!

Met vriendelijke groet,

Ellen Generaal, GGD Amsterdam

 

Annet Sollie 26 juni 2021

Reactie geplaatst namens de auteurs van dit artikel

Geachte redactie,

Wij betuigen onze dank aan dr. Mol en prof. dr. de Man voor hun interesse in ons artikel en voor het aandragen van deze suggestie. De goedkopere initiële ALAT-bepaling is inderdaad een methode om de mogelijke financiële bezwaren van de patiënt als barrière te kunnen verhelpen. Het gebruik van een dergelijke prescreening strategie wordt ook aanbevolen voor een hogere opbrengst van HCV [1]. Echter zijn er ook een aantal nadelen te vermelden. Het ALAT niveau is bij een groot deel van de patiënten met HCV normaal, dus je zult patiënten onterecht niet vervolgen die wel verhoogde virale activiteit of fibrose hebben [2]. Daarnaast kan een verhoogd ALAT niveau ook duiden op een andere aandoening dan virale hepatitis, en met het vervolgonderzoek dat hieraan gekoppeld is, verlaagt deze methode de kosteneffectiviteit en kan bovendien leiden tot onnodige zorgen bij de patiënt. Kortom, bij risicogroepen voor virale hepatitis is een ALAT bepaling geen geschikte screeningsmethode [3]. Deze punten zullen, naast de kosten voor de patiënt, ook in de afwegingen omtrent de screeningsstrategie moeten worden meegenomen.

Nogmaals veel dank voor de waardevolle opmerking. Wij kijken uit naar verdere reacties.

Hartelijke groet,

Dr. Ellen Generaal, Prof. dr. Jan van Bergen en Prof. dr. Maria Prins

[1] Zuure FR, Urbanus AT, Langendam MW, et al. Outcomes of hepatitis C screening programs targeted at risk groups hidden in the general population: a systematic review. BMC Public Health. 2014;14:66. Published 2014 Jan 22. doi:10.1186/1471-2458-14-66

[2] Centrum voor infectieziektebestrijding LCI/RIVM. Opsporing en herevaluatie van ooit gediagnosticeerden met chronische hepatitis B en C: Handreiking regionale aanpak, 2016.

[3] Helsper C, van Essen G, Frijling BD, de Wit NJ. Follow-up of mild alanine aminotransferase elevation identifies hidden hepatitis C in primary care. Br J Gen Pract. 2012;62(596):e212-e216. doi:10.3399/bjgp12X630115

Annet Sollie 14 juni 2021

Reactie geplaatst namens R,Mol, huisarts en R.A. de Man, MDL arts

Geachte redactie,

Met veel belangstelling lazen wij het artikel van Ellen Generaal et al, “Case-finding voor hepatitis B en C bij patiënten uit risicolanden” (Huisarts & Wetenschap juni 2021). Als barrières voor case-finding noemden de huisartsen: onvoldoende bekendheid met de NHG-standaard, tijdgebrek, onvoldoende registratie mogelijkheden met betrekking tot migratiegeschiedenis en financiële bezwaren voor de patiënt.

Een praktische aanbeveling voor dit laatste aspect ontbreekt nog. Wij suggereren gebaseerd op eerder onderzoek (1,2) mede uit oogpunt van kosten reductie de case finding te starten met een geïsoleerde ALAT-bepaling (kosten ongeveer 2 euro) en alleen bij verhoging boven eenmaal de normaalwaarde (in Nederland veelal 66 IU/l) door te testen op virale hepatitis als oorzaak van actieve leverziekte.

 

Dr. R. Mol, huisarts                      Prof.dr. R.A. de Man, MDL arts, Erasmus MC

Beiden organiseren enige keren per jaar via www.leerpuntkoel.nl  nascholing “Leverziekten Hepatitis B en C: een oplosbaar probleem. 

Referenties.

(1).David T Arnold, Louise M Bentham, Ruth P Jacob, Richard J Lilford, Alan J Girling. BMC Fam Pract  2011 Mar 3;12:9. doi: 10.1186/1471-2296-12-9.

Should patients with abnormal liver function tests in primary care be tested for chronic viral hepatitis: cost minimisation analysis based on a comprehensively tested cohort.

(2) Ingmar Wolffram , David Petroff , Olaf Bätz, Katrin Jedrysiak,  Jan Kramer, Hannelore Tenckhoff, Thomas Berg, Johannes Wiegand, German Check-Up 35+ Study Group. J Hepatol. 2015;62(6):1256-64.

Prevalence of elevated ALT values, HBsAg, and anti-HCV in the primary care setting and evaluation of guideline defined hepatitis risk scenarios  

 

Verder lezen